Relatietherapie in samengestelde gezinnen is anders dan bij “gewone” gezinnen.
In kerngezinnen (“gewone” gezinnen) is het duidelijk dat beide ouders het beste voor hun kinderen willen. In samengestelde gezinnen willen beide partners ieder het beste voor de EIGEN kinderen. Niet dat men de kinderen van de ander dit misgunt, maar men is gevoeliger voor de situatie en gevoelens van eigen kinderen. Dat heeft alles met loyaliteit te maken.
Relatieproblemen in samengestelde gezinnen gaan meestal over de kinderen. “Steken onder water”, onbegrip van de stiefouder die zelf geen kids heeft en zich onvoldoende realiseert hoe gevoelig de ouders zijn, of zich niet kan inleven in kinderen. Stiefouders beschadigen hun relatie door zich negatief uit te laten over het stiefkind. Men bekritiseerd het liefste wat de ander heeft. Dat maakt de relatie kapot.
De meeste stiefouders proberen rekening te houden met de gevoeligheden van de partner en van diens kinderen. En dat terwijl kinderen soms bewust, maar meestal onbewust wél op stiefoudertenen gaan staan. Zelfs bij bewuste acties van kinderen om de stiefouder te negeren, is het beter te onderzoeken waar dit gedrag vandaan komt dan te grijpen naar straf. Echter, de stiefouder (die zich toch al “kop van Jut” voelt) heeft daar vaak weinig behoefte aan. Maar kinderen die dit gedrag vertonen hebben vaak loyaliteitsproblemen. En dat los je niet op met straf.
Een goedbedoelde vraag van de stiefouder wordt door pubers snel ervaren als bemoeizucht. Want ook van de stiefouder wordt meestal onvoldoende gezien hoeveel deze investeert. Hij/zij voelt zich daarom ook vaak ondergewaardeerd. En als deze stiefouder zich beklaagt bij anderen dan zegt de omgeving “je wist toch tevoren waar je aan begon”, kortom: onbegrip. Of men weet het beter: “als IK in jou positie was dan wist ik het wel…“. Het schip verlaten? Harder optreden?
Partners maken steeds opnieuw afspraken, die vaak onvoldoende worden nagekomen. Dit heeft te maken met consensus. Moeder of vader belooft dat zij/hij voortaan anders zal handelen, maar zegt iets toe waar moeder of vader niet ècht achter kan staan. Zo’n toezegging is weinig waard omdat die meestal niet wordt nageleefd. Dit leidt tot teleurstelling bij de partner en hup: weer een conflict.
Gewone relatietherapie (met onvoldoende kennis van samengestelde gezinnen) verergert soms de zaak (men raakt uitgeput). Partners in een stiefgezin hebben vaak andere hulpvragen dan die in kerngezinnen. Psycho-educatie (uitleg dat de situatie ingewikkeld is) kan veel oplossen. Heel vaak krijg ik te horen “ik dacht dat ik de enige was…”
Kinderen leggen vaak precies bloot hoe ingewikkeld de situatie is. Dat wordt de kinderen soms aangerekend, maar zij kunnen nooit verantwoordelijk worden gesteld. Het toont wel aan hoe klem de volwassenen zitten en het geeft hen ruimte om zich te bemoeien met de relatie. En dat is niet goed voor kinderen.
Een relatiebreuk lijkt voor de kinderen misschien geen groot verlies, maar als papa of mama verdrietig is, voelen zij zich vaak schuldig. En soms hadden zij ook, naast de vele frustraties, ook positieve gevoelens bij de partner. Bovendien leert het hen dat relaties tijdelijk zijn. Waarom zouden ze dan nog investeren in een volgende relatie?
In kerngezinnen (“gewone” gezinnen) is het duidelijk dat beide ouders het beste voor hun kinderen willen. In samengestelde gezinnen willen beide partners ieder het beste voor de EIGEN kinderen. Niet dat men de kinderen van de ander dit misgunt, maar men is gevoeliger voor de situatie en gevoelens van eigen kinderen. Dat heeft alles met loyaliteit te maken.
Relatieproblemen in samengestelde gezinnen gaan meestal over de kinderen. “Steken onder water”, onbegrip van de stiefouder die zelf geen kids heeft en zich onvoldoende realiseert hoe gevoelig de ouders zijn, of zich niet kan inleven in kinderen. Stiefouders beschadigen hun relatie door zich negatief uit te laten over het stiefkind. Men bekritiseerd het liefste wat de ander heeft. Dat maakt de relatie kapot.
De meeste stiefouders proberen rekening te houden met de gevoeligheden van de partner en van diens kinderen. En dat terwijl kinderen soms bewust, maar meestal onbewust wél op stiefoudertenen gaan staan. Zelfs bij bewuste acties van kinderen om de stiefouder te negeren, is het beter te onderzoeken waar dit gedrag vandaan komt dan te grijpen naar straf. Echter, de stiefouder (die zich toch al “kop van Jut” voelt) heeft daar vaak weinig behoefte aan. Maar kinderen die dit gedrag vertonen hebben vaak loyaliteitsproblemen. En dat los je niet op met straf.
Een goedbedoelde vraag van de stiefouder wordt door pubers snel ervaren als bemoeizucht. Want ook van de stiefouder wordt meestal onvoldoende gezien hoeveel deze investeert. Hij/zij voelt zich daarom ook vaak ondergewaardeerd. En als deze stiefouder zich beklaagt bij anderen dan zegt de omgeving “je wist toch tevoren waar je aan begon”, kortom: onbegrip. Of men weet het beter: “als IK in jou positie was dan wist ik het wel…“. Het schip verlaten? Harder optreden?
Partners maken steeds opnieuw afspraken, die vaak onvoldoende worden nagekomen. Dit heeft te maken met consensus. Moeder of vader belooft dat zij/hij voortaan anders zal handelen, maar zegt iets toe waar moeder of vader niet ècht achter kan staan. Zo’n toezegging is weinig waard omdat die meestal niet wordt nageleefd. Dit leidt tot teleurstelling bij de partner en hup: weer een conflict.
Gewone relatietherapie (met onvoldoende kennis van samengestelde gezinnen) verergert soms de zaak (men raakt uitgeput). Partners in een stiefgezin hebben vaak andere hulpvragen dan die in kerngezinnen. Psycho-educatie (uitleg dat de situatie ingewikkeld is) kan veel oplossen. Heel vaak krijg ik te horen “ik dacht dat ik de enige was…”
Kinderen leggen vaak precies bloot hoe ingewikkeld de situatie is. Dat wordt de kinderen soms aangerekend, maar zij kunnen nooit verantwoordelijk worden gesteld. Het toont wel aan hoe klem de volwassenen zitten en het geeft hen ruimte om zich te bemoeien met de relatie. En dat is niet goed voor kinderen.
Een relatiebreuk lijkt voor de kinderen misschien geen groot verlies, maar als papa of mama verdrietig is, voelen zij zich vaak schuldig. En soms hadden zij ook, naast de vele frustraties, ook positieve gevoelens bij de partner. Bovendien leert het hen dat relaties tijdelijk zijn. Waarom zouden ze dan nog investeren in een volgende relatie?
Nellie
Therapie Veghel
Lid van Therapiepsycholoog
Veghel