Samen met haar huidige vriend had ze onlangs ook een kindje gekregen. Ze had ook 2 eigen kinderen van een andere relatie. Naar haar eigen kinderen was haar vriend heel lief, geduldig en begripvol geweest, zodat ze ook zeker geen problemen had verwacht, toen ze zwanger raakte.
Zijn houding veranderde na de geboorte van hun kindje: hij reageerde kortaf op haar kinderen, terwijl hij wel liefdevol omging met het kleine meisje van hun samen. De kinderen voelden ook het verschil aan. Haar dochtertje had gezegd dat ze hem niet lief meer vond.
De twee oudsten waren wel heel blij en bijzonder trots op hun nieuwe zusje en over het algemeen waren ze vreselijk zorgzaam. Aan aandacht kwam het kleintje niks tekort.
Het onderwerp van het verschil in eigen en niet eigen kinderen had mevrouw enkele keren geprobeerd aan te snijden, maar haar vriend ontkende dat er een verschil was. Mevrouw twijfelde steeds vaker of ze er wel goed aan hadden gedaan om nog een kindje erbij te nemen. Ze lag er wakker van.
Ook oma (de moeder van haar vriend) maakte duidelijk verschil tussen haar “eigen” en “niet eigen” kleinkinderen. Haar vriend was enig kind. Voorheen was het niet zichtbaar geweest, dat oma haar stiefkleinkinderen achter stelde, omdat er nog geen “echte” kleinkinderen waren.
Hoewel de kinderen gelukkig nog niet gemerkt hadden dat ze voor oma niet meetelden, maakte mevrouw zich zorgen om de toekomst: hoe zou dat gaan met cadeautjes? Het zijn toch allemaal kinderen? Háár moeder maakte geen verschil, maar voor deze oma was er ook minder verschil (allebei “eigen”).
Haar vriend leek het niet te begrijpen als ze voorzichtig een opmerking maakte over de rol van de oma’s. Wou hij het niet begrijpen of zag hij het echt niet? Er zijn veel mensen die denken geen verschil te voelen tussen een eigen kind en een kind wat niet van jezelf is. Dat is een grote misvatting.
De kop in het zand steken en doen alsof het verschil er niet is, levert in elk geval niks op. Als je er eerlijk over praat, kun je naar oplossingen zoeken. Uiteraard blijven de verschillen, maar hoe je ermee omgaat kan toch een groot verschil maken.
Zijn houding veranderde na de geboorte van hun kindje: hij reageerde kortaf op haar kinderen, terwijl hij wel liefdevol omging met het kleine meisje van hun samen. De kinderen voelden ook het verschil aan. Haar dochtertje had gezegd dat ze hem niet lief meer vond.
De twee oudsten waren wel heel blij en bijzonder trots op hun nieuwe zusje en over het algemeen waren ze vreselijk zorgzaam. Aan aandacht kwam het kleintje niks tekort.
Het onderwerp van het verschil in eigen en niet eigen kinderen had mevrouw enkele keren geprobeerd aan te snijden, maar haar vriend ontkende dat er een verschil was. Mevrouw twijfelde steeds vaker of ze er wel goed aan hadden gedaan om nog een kindje erbij te nemen. Ze lag er wakker van.
Ook oma (de moeder van haar vriend) maakte duidelijk verschil tussen haar “eigen” en “niet eigen” kleinkinderen. Haar vriend was enig kind. Voorheen was het niet zichtbaar geweest, dat oma haar stiefkleinkinderen achter stelde, omdat er nog geen “echte” kleinkinderen waren.
Hoewel de kinderen gelukkig nog niet gemerkt hadden dat ze voor oma niet meetelden, maakte mevrouw zich zorgen om de toekomst: hoe zou dat gaan met cadeautjes? Het zijn toch allemaal kinderen? Háár moeder maakte geen verschil, maar voor deze oma was er ook minder verschil (allebei “eigen”).
Haar vriend leek het niet te begrijpen als ze voorzichtig een opmerking maakte over de rol van de oma’s. Wou hij het niet begrijpen of zag hij het echt niet? Er zijn veel mensen die denken geen verschil te voelen tussen een eigen kind en een kind wat niet van jezelf is. Dat is een grote misvatting.
De kop in het zand steken en doen alsof het verschil er niet is, levert in elk geval niks op. Als je er eerlijk over praat, kun je naar oplossingen zoeken. Uiteraard blijven de verschillen, maar hoe je ermee omgaat kan toch een groot verschil maken.
Nellie
Therapie Veghel
Lid van Therapiepsycholoog
Veghel