In de praktijk komen regelmatig (jonge) mensen die naar hun eigen zeggen hooggevoelig zijn. Ze voelen heel fijntjes wat er bij de ander of in hun omgeving gebeurd. Hebben er vaak ook last van. Maar ja, “dat is mijn hooggevoeligheid, dat hoort erbij”.
Mijn ervaring is dat, als er werkelijk naar gekeken wordt, vaak men ook een ontregeld zenuwstelsel heeft. We leven aan de rand van onze bandbreedte. In de grens van onze persoonlijke ruimte, in ons energieveld, zitten dan nog al eens zwakke plekken of gaten. Anders gezegd: een aantal van onze buitendeuren en ramen staan open, zonder dat we het nog in de gaten hebben. Gemakkelijk kan dan ook ongehinderd lading vanuit de omgeving en van anderen binnen komen. En dat is niet de bedoeling. Immers onze ruimte is onze ruimte. Het is mooi om mee te kunnen voelen met de ander. Daarin de nuances helder waar te kunnen nemen. Maar niet om zo ongemerkt met die ander te vervloeien. Want, wie zijn wij dan nog? Bovendien als we de energie van anderen trachten te verwerken (ons innerlijk moet er iets mee doen als het in ons is), kunnen we zelf energie tekort komen om meer comfortabel ons eigen leven te leiden.
De remedie is onze grenzen (weer) te leren kennen en neer te kunnen zetten. Nog steeds kunnen we dan meevoelen met de ander, met de buitenwereld. Maar nu wordt het meer een kwaliteit. Een waar we ook levensvreugde aan kunnen ontlenen.
Ik kan jou (of je kind) daarbij ondersteunen.
Mijn ervaring is dat, als er werkelijk naar gekeken wordt, vaak men ook een ontregeld zenuwstelsel heeft. We leven aan de rand van onze bandbreedte. In de grens van onze persoonlijke ruimte, in ons energieveld, zitten dan nog al eens zwakke plekken of gaten. Anders gezegd: een aantal van onze buitendeuren en ramen staan open, zonder dat we het nog in de gaten hebben. Gemakkelijk kan dan ook ongehinderd lading vanuit de omgeving en van anderen binnen komen. En dat is niet de bedoeling. Immers onze ruimte is onze ruimte. Het is mooi om mee te kunnen voelen met de ander. Daarin de nuances helder waar te kunnen nemen. Maar niet om zo ongemerkt met die ander te vervloeien. Want, wie zijn wij dan nog? Bovendien als we de energie van anderen trachten te verwerken (ons innerlijk moet er iets mee doen als het in ons is), kunnen we zelf energie tekort komen om meer comfortabel ons eigen leven te leiden.
De remedie is onze grenzen (weer) te leren kennen en neer te kunnen zetten. Nog steeds kunnen we dan meevoelen met de ander, met de buitenwereld. Maar nu wordt het meer een kwaliteit. Een waar we ook levensvreugde aan kunnen ontlenen.
Ik kan jou (of je kind) daarbij ondersteunen.
Jan
Therapie Schijndel
Lid van Therapiepsycholoog
Schijndel