Je plek vinden in een wereld die door gaat.
Je bent als rouwende een manier aan het vinden om elke dag met nieuwe energie te beginnen. Elke dag je normale ritme te ontdekken. Elke ochtend beginnen met een glimlach naar jezelf in de spiegel, wetende dat het voelt als een treurig clowns gezicht. Elke dag hopen op een beetje meer levenslust. Elke dag hopen dat dat brein weer beter gaat werken.
Hopende dat die mensen niet meer zeggen,” het zou nu toch wel eens beter moeten gaan” of “logisch dat het niet eenvoudig is je weg te vinden, maar je moet nu toch wel door”.
Hopende dat die mensen die zeggen,” we denken aan je”, een keer gaan beseffen dat ik dat niet merk. Beseffen dat ik dat niet voel als ik niets hoor. Dat het weduwe zijn geen enge ziekte is, maar down zijn, moe zijn van emotie en je lusteloos maakt.
Hopende naar een leven zonder wanhoop voor wat je kwijt bent. Je machteloosheid naar wat je zoekt.
Als rouwende voel je je schuldig dat het je niet lukt verder te leven. Het je niet lukt, het net alsof spelletje goed te spelen. Het je niet lukt anderen niet te belasten met je rouw. Het je alleen zijn zo zwaar valt.
Als rouwende wil je zo graag zeggen dat er weer lichtpuntjes tevoorschijn komen zonder die diepe donkere eenzame ruimte.
Je hoopt als rouwende dat er steeds meer ruimte komt om contact te zoeken, om terug te bellen, om mensen uit te nodigen bij je thuis. Dat er weer ruimte komt voor andere dingen.
Als rouwende heb je behoefte aan aandacht, contacten. Als rouwende wil je zo graag samen. Maar als rouwende zie je contacten verdwijnen, gewoon omdat het’ jullie’ er niet meer is. Zie je contacten veranderen, omdat een deel weg gerukt is.
Als rouwende probeer je bij de dag te leven, te leven in het moment. Niet elke dag te willen schreeuwen, “ik wil dit leven niet!” , maar weer krachtig te voelen dat andere leven te gaan zoeken.
Als rouwende verlang je zo ontzettend naar toen. Als rouwende wil je die leegte niet meer voelen, die lege weekenden, die lege nachten. Als rouwende wil je weer leven, het liefst weer gewoon.
En ineens besef je je dat je stapjes hebt gemaakt naar dat andere leven. Besef je dat je weer een gevoel van leven ervaart in mooie momentjes. Dat er nog genoeg mensen om je heen zijn blijven staan. Dat die mensen met jou verder leven omdat je de moeite waard bent om gekend te zijn. Dat er nieuwe mensen in je leven zijn gekomen omdat jij een ‘mooi’ mens bent.
Dat er wel nog kracht in je zit om toch verder te leven en die leegte steeds beter accepteert. Dat je als rouwende nog elke dag rouwt, nog elke dag je gemis voelt, maar ook voelt dat je weer, met stapjes, gaat leven. Dat je gemis, je niet meer elke dag onderuit haalt.
Dat je ervaart dat er mooie dingen op je pad komen die je verrassen en je vertrouwen geven naar een leven met je gemis.
Ineens besef je dat je het wel red. Dat je elke dag dat verdriet mag voelen, maar dat je wel verder kunt gaan omdat je steeds sterker opstaat. Besef je dat je elke dag mag huilen om daarna weer met die glimlach verder te gaan.
Je beseft je ineens dat het je lukt en voel je je krachtig en gesteund. Voorzichtig ga je, met een groeiend vertrouwen, je andere leven verder ontdekken om je plek weer te vinden in die wereld die gewoon door gaat.